Met de desktop applicatie van STACK synchroniseer je eenvoudig een map op je computer met een map op je STACK. Dit betekent dat de inhoud van de synchronisatiemap op je computer altijd gelijk blijft aan de inhoud van de doelmap op je STACK.

Als je bijvoorbeeld een document in de synchronisatiemap plaatst, zal deze direct geüpload worden naar de doelmap op je STACK. Dit werkt ook andersom; verwijder je een bestand uit de doelmap, dan zal deze ook uit de synchronisatiemap verdwijnen.

In dit artikel leggen we uit hoe je bestanden synchroniseert met de STACK-desktopapplicatie.

Installeer de desktopapplicatie

Om de STACK-desktopapplicatie te gebruiken, is het van belang dat je deze eerst op je computer installeert. De hiervoor benodigde installer vind je door in te loggen op het controlepaneel met je TransIP-account. Mocht je de inloggevens van je TransIP-account niet meer weten, volg dan de stappen in het artikel 'Ik ben mijn inloggegevens kwijt'.

Zodra je op je controlepaneel bent ingelogd, klik je bovenaan de pagina op het tabblad 'STACK'. Scrol nu naar beneden en klik naast 'Jouw STACK apps' op het tandwiel.

Op deze pagina zie je een overzicht met beschikbare downloads voor de STACK-desktopapplicatie. Naast de desktopsoftware zie je hier ook de apps terug voor Android en iOS. Wanneer je deze pagina op je smartphone of tablet bezoekt kun je hier de mobiele apps downloaden. Deze zijn overigens ook gewoon in de Play Store en App Store te vinden.

Klik nu onder jouw besturingssysteem op 'Downloaden'. Zodra het bestand is gedownload kun je deze openen om de installatie-wizard te starten. Mocht er een beveiligingswaarschuwing getoond worden, klik dan op 'Uitvoeren'.

Configureer de STACK desktopapplicatie

Zodra de installatie-wizard is afgerond wordt er gevraagd of je de STACK-desktopapplicatie wil openen. Wanneer je STACK voor het eerst opent zal er gevraagd worden om het 'Serveradres' in te vullen.

Hier vul je jouw STACK-webadres in, die je kan vinden binnen het tabblad 'STACK' in je controlepaneel. Onder 'Jouw STACK webadres' zie je, je raadt het al, je STACK-webadres terug.

Vul nu jouw STACK webadres in en klik vervolgens op 'Next'.

De applicatie opent een pagina in je browser zodat je kunt inloggen met je gebruikersnaam en wachtwoord van STACK. Als two-factor authentication (2FA) is ingeschakeld voor jouw gebruiker, moet er ook een two-factor code ingevuld worden. Deze wordt gegenereerd door de two-factor app op je smartphone (bijvoorbeeld Google Authenticator of Authy).

Klik op 'Verifiëren' zodra je deze gegevens hebt ingevuld. Na het verifiëren word je doorgestuurd naar de volgende stap in de configuratie.

Waar vind ik mijn gebruikersnaam en wachtwoord van STACK?

Je gebruikersnaam van je STACK vind je eveneens terug in je controlepaneel. Ga hiervoor opnieuw naar het tabblad 'STACK' en klik aan de rechterzijde op 'Beheren', gevolgd door 'Wachtwoord resetten'.

Naast 'Gebruikersnaam' zie je direct jouw gebruikersnaam terug. Mocht je het wachtwoord van je STACK niet meer weten, dan kun je het wachtwoord op deze pagina direct aanpassen.

Let op: De gebruikersnaam en het wachtwoord voor STACK zijn niet gelijk aan de inloggegevens van je controlepaneel.

Als je daarnaast de gebruikersnaam moet invullen voor het gebruik van één van de STACK-applicaties, onthou dan dat de gebruikersnaam hoofdlettergevoelig is. Dit betekent dat de gebruikersnaam alleen werkt als je deze met kleine letters invoert.

Naast 'Server' heb je nu de keuze om alles wat op je STACK staat te synchroniseren of om een selectie te maken van wat je vanuit STACK naar de lokale synchronisatiemap wil synchroniseren.

Naast 'Lokale map' geef je op wat jouw synchronisatiemap moet worden. Deze synchronisatiemap bevindt zich op je computer; mappen en bestanden die je hierin plaatst zullen naar STACK gesynchroniseerd worden.

Nadat je een keuze hebt gemaakt klik je op 'Verbinden...'.

Het gebruik van de STACK-desktopapplicatie

Nadat je bent verbonden, wordt het instellingenvenster van de desktopapplicatie geopend. Mocht je het venster gesloten hebben, dan kun je deze weer via de taakbalk openen. Klik met de rechtermuisknop op het STACK-icoon en klik op 'Instellingen... / Settings...' om het instellingenvenster weer te openen.

Je ziet nu een aantal tabbladen terug. 

Instellingenvenster

Klik op het linker tabblad (waar jouw gebruikersnaam en STACK-webadres vermeld zijn) om het instellingenvenster te tonen. Hier zie je welke mappen gesynchroniseerd worden.

Je kunt hier de synchronisatie voor specifieke mappen in- en uitschakelen door het vakje naast de map aan- of uit te vinken en dan op 'Toepassen / Apply' te klikken.

Naast het STACK-icoon zie je een knop met drie puntjes. Klik hierop om de opties voor het synchroniseren te tonen.

• Openen map: Hiermee open je de synchronisatiemap op jouw computer. Bestanden of mappen die je hier in plaatst zullen met STACK gesynchroniseerd worden. Zodra het bestand of de map succesvol is gesynchroniseerd, zul je hier een groen vinkje bij terugzien.
   
• Pauzeren Sync: Hiermee kun je de synchronisatie van je bestanden en mappen pauzeren. Je kunt de synchronisatie hervatten door opnieuw met de rechtermuisknop op het STACK icoon te klikken en daarna op 'Hervat sync' te klikken.
   
• Verwijderen map sync verbinding: Hiermee verwijder je de synchronisatie van jouw lokale STACK map. Hiermee worden de bestanden in jouw lokale map niet verwijderd, echter worden deze niet meer met STACK gesynchroniseerd.
  
  Mocht je op deze manier de synchronisatie met je lokale map hebben verwijderd en dit terug willen draaien, klik dan op 'Voeg map synchronisatie verbinding toe' en voeg de lokale map weer toe.

Activiteit

In dit tabblad vindt je een overzicht terug van de serveractiviteit en de synchronisatiegeschiedenis.

Wanneer een map of bestand niet gesynchroniseerd is, klik je op 'Niet gesynchroniseerd' om de oorzaak hiervan te zien. Bekijk het artikel 'Ik zie een foutmelding in de STACK desktopapplicatie' voor meer informatie en uitleg over de meest voorkomende oorzaken.

Als je onderaan dit venster op 'Kopieer / Copy' klikt, kopieer je het huidige activiteitentabblad naar je klembord.

Algemeen

Onder 'Algemeen' kun je de algemene instellingen van de STACK desktopapplicatie beheren. Zo kun je onder andere aangeven of de desktopapplicatie gestart moet worden bij het opstarten van je computer, of je notificaties op je bureaublad wil ontvangen en zie je terug of er een update voor de software beschikbaar is.

Netwerk

In het laatste tabblad kun je de netwerkinstellingen van de desktopapplicatie beheren. Zo kun je aangeven of je van een proxy gebruik wenst te maken bij het verbinden met STACK. Daarnaast kun je ook de bandbreedte van de desktopapplicatie beperken.

In dit artikel hebben we uitgelegd hoe je gebruik maakt van de STACK desktopapplicatie .

Mocht je naar aanleiding van dit artikel nog vragen hebben, aarzel dan niet om contact op te nemen met onze supportafdeling.

Wil je dit artikel bespreken met andere gebruikers? Laat dan een reactie achter!